De COVID-19-epidemie, die eind 2019 in China opdook, heeft de wereld in een verbazingwekkend tempo overspoeld en dwong de Europese staten tot de grootste maatschappelijke noodingreep sinds het einde van de Tweede Wereldoorlog: de lockdown van de bevolking.
Nu de eerste schok en het ongeloof achter de rug zijn, is het noodzakelijk om na te denken over deze keuze en de gevolgen ervan.
Overheidsbeleid is immers niet alleen gebaseerd op « wetenschap » en feitelijke gegevens. Het berust ook op onze prioriteitskeuzes, die voortvloeien uit de nadruk die we expliciet of impliciet op verschillende waarden en belangen leggen. Daarom moeten we, om « slaapwandelen » in de beleidsvorming te vermijden, rekening houden met de gevolgen van de lockdown, van onze exit-strategie en van de maatschappelijke veranderingen op lange termijn die er het gevolg van, op alle gebieden van sociale, psychologische, ethische, politieke en niet alleen economische en medische aard. Naar de toekomst toe is het noodzakelijk om rekening te houden met alle aspecten van de menselijke samenleving bij het organiseren van de exit uit de lockdown en de post-lockdown periode.
Meer dan honderd onderzoekers en onderzoeksters namen deel aan deze denkoefening. Op basis hiervan brengen we, naast algemene overwegingen (de tijd heroveren; inzicht krijgen in de complexiteit, de ‘vloeibare’ samenleving; de economie in dienst stellen van de mens; een humaan management ontwikkelen; samen een wenselijke toekomst bouwen voor jongeren en toekomstige generaties; nieuwe sociale vaardigheden creëren; nadenken over het juiste gebruik van nieuwe technologieën); we formuleren 13 lange termijn-aanbevelingen voor een sociale en humane uitweg uit deze lockdown.
8. Organisatie van het (tele)werk
In reactie op de COVID-19-crisis is het aanwenden van telewerk waar mogelijk door veel werkgevers aangemoedigd. Hiermee wordt ingespeeld op een evolutie in de organisatie van de werkmethoden, die interessant kan blijken, mits deze duidelijk wordt afgebakend en gekaderd.
Wij adviseren om, waar gewenst door de werknemer en in het kader van het sociaal overleg, de mogelijkheid van telewerken te handhaven als een recht. Dit moet gebeuren met inachtneming, voor alle betrokken werknemers en bedienden, van alle voorwaarden die zijn vastgelegd in CAO nr. 85 van 9 november 2005, afgesloten in het kader van de Nationale Arbeidsraad, met betrekking tot telewerk.
Wij pleiten verder voor de invoering van een mechanisme om het rechtssysteem van CA0 nr. 85 te monitoren, te controleren en te verbeteren; bij dit mechanisme moeten alle betrokken partijen, representatieve organisaties en alle andere personen en beroepsbeoefenaren worden betrokken die kunnen bijdragen aan het psychologisch, sociaal, familiaal, economisch en materieel leefbaar en bijgevolg duurzaam maken van telewerk.
Wij adviseren om, gezien de specifieke kenmerken van telewerk, het recht van werkgevers om werknemers te controleren collectief te herbekijken, op een manier die afgestemd is op de ingezette intrusieve digitale middelen, en dat, in het bijzonder met betrekking tot de individuele rechten op respect voor het privé- en gezinsleven, de woonplaats, de communicatie en de gegevensbescherming.
Carta Academica
13 mei 2020